Nog niet zo lang geleden zat ik op mijn kamer, alleen. En plotseling in mijn verbeelding ging mijn slaapkamerdeur open, een enorm licht kwam me tegemoet en midden in dat licht kwam een prachtige vrouw, in een donker gewaad, langzaam mijn richting oplopen.
Nou ik stapte er heel relaxt op af en ik zeg:
"Hoi. Wat zie je er leuk uit. Misschien dat jij en ik samen, huh, hartstikke leuke dingen met elkaar kunnen gaan doen."
En met een heel soepel gebaar maak ik haar jurk los *plop*, d'r behaatje *plop*, d'r stoma *plop* En met zo'n handigheid dat zij dacht 'nou die jongen moet ooit vrouwenkleren gedragen hebben, dat kan bijna niet anders'.
Maar steeds op het moment dat ik haar dan vast wilde pakken, dan loste ze op in rook en dan was ze weg en zat ik weer helemaal alleen om m'n kamertje omringd door allerlei hardgeworden dubieuze doekjes.
Ik voelde dat ik iets moest gaan doen. Echt waar, want ik verloederde, ik vereenzaamde, ik begon tegen mezelf te praten en ik dronk veel te veel, ik at bijna niet meer. Ik moest iets doen. En ik greep naar het uiterste middel. Ik zette in de krant een contactadvertentie:
"Er rust een onbestemd verlangen, diep in mezelf verstopt.
Rationeel verdrongen, alsmaar opgekropt.
Ik tracht het te verdrijven, uit schaamte en uit angst.
Maar steeds komt het bovendrijven, eerlijk duurt het langst.
Dus gunde ik mezelf een kijkje in de beerput van mijn ziel.
Misschien ben ik wel kunstenaar, profeet of pedofiel.
Hoe dan ook, het zit er, ik kan het niet ontkennen.
Ik zie het onder ogen, ook al is het even wennen.
Want wie weet wat die voelt en waar het op stoelt.
Die is niet meer bang."
Daar reageerde geen hond op. Dus toen dacht ik ook: het is veel te lang. Het moet veel korter, duidelijker, kernachtiger, expliciter.
Dus de week daarop zette ik weer een nieuwe: 'Integere Brabantse jongen zoekt zieke non om in de bek te schijten'.
Nou, rij-en mensen voor de deur! Echt waar. Van alle andere vrouwen kwamen er voorbij, maar alsmaar geen zieke nonnen en ik had de hoop eigenlijk al bijna opgegeven. Tot er op een dag werd gebeld. En ik doe mijn deur open. En daar staat voor mijn deur een klein, ziek oud nonnetje.
Ik zeg: 'Godverdomme jou moet ik hebben' en ik pak haar bij d'r armen en neem 'r mee naar binnen. Ik leg d'r zo neer op d'r rug, ik ga d'r zo gehurkt boven staan. En ik begin te schijten, maar door al het gas dat er vrij kwam, raakte zij bedwelmd, haar mond valt dicht en in plaats van in haar bek schijt ik haar hele gezicht onder zeg.
Experiment mislukt. Al die jaren hunkerde ik naar echte bevrediging en één keer in mijn leven had ik de kans. En dan mislukt het.
Ik was zo somber, dus ik ging meteen maar de kroeg in, drinken, drinken en proberen om het allemaal te vergeten. En om 5 uur 's ochtends kom ik weer thuis. En... en ze ligt er nog steeds. Ja, de gezicht was inmiddels helemaal vastgekoekt en, god, ik was straalbezopen, dus 'ns kijken of ik het eraf kan pissen. En ik sta er zo boven en ik begin te pissen, te pissen en te pis... en ik.. en ik kijk... IK KIJK. En in één keer zie ik dat is helemaal geen ziek oud nonnetje meer! Het was een prinsesje geworden. Ja, dat is maf hè?
Dus ik zeg 'hoe kan dat?', 'wie ben je?', 'wat doe je?', nou een heel verhaal. Haar vader was dan een koning en die had ruzie met tovenaar en die tovenaar had toen ooit eens gezegd 'ik tover jouw dochter in een zieke oude.. afijn een sprookje'. Maar daar had ik helemaal geen zin in. Ik zeg 'Ja ik wil een zieke oude non en geen mooi prinsesje, pleur maar op!'
Maar toen ze in de deuropening stond, schoot het opeens door me heen: dadelijk ben ik weer alleen. Dus ik zei: 'Wacht! Stop! Misschien kunnen we iets leuks doen samen.
En toen zei ze: 'Nee, laat maar. Nee ik moet weg, ik moet op zoek naar mijn prins.'
Dus ik zei: 'Hai, kan ik die prins dan niet zijn?'
'Nee,' zegt ze, 'jij toch niet'.
Ik zeg: 'hoezo, waarom ik dan niet?'
'Ja,' zegt ze, 'een echte prins zou toch nooit een zieke oude non in de bek schijten.'
Tja, ja ehm... En toen was ik weer alleen.